Er komen verschillende klimaattypes voor in Noorwegen vanwege de langgerekte vorm van het land. De bergen in het land hebben ook invloed op het klimaat. In het westelijke fjordengebied heerst een zeeklimaat met meer neerslag dan in het oosten van het land. In het oosten, achter de bergen, heerst in de zomer een zonnig landklimaat met weinig regen. Door de invloed van de warme golfstroom is het in Noorwegen veel warmer dan in andere landen op deze breedtegraad. Zomers kan het tussen de 25°C en 32°C worden.

Er heerst een poolklimaat in het hogere noorden en in de bergen.

In januari en februari is het het koudst in Noorwegen en halverwege juli is het het warmst in het binnenland. In de bergen en aan de kust is het warmste moment van het jaar iets later. Östlandet en delen van Sörlandet zijn de warmste gebieden van het land en Karasjok in Finnmark is de koudste plek in Noorwegen.

In de herfst en winter valt de meeste neerslag, met name aan de westkust. Er valt op sommige plaatsen langs de westkust zelfs 3000 millimeter neerslag. Er valt aan de oostkant van de bergen slechts 300 millimeter neerslag per jaar. Het regent aan de kust op 150 tot 200 dagen van het jaar. In het binnenland regent het op gemiddeld 100 dagen per jaar.

De eerste sneeuw blijft vanaf september liggen en de laatste sneeuw verdwijnt in juni. Er ligt in februari en maart de meeste sneeuw. Het hoogste sneeuwdek ligt gemiddeld genomen in Tromsö, het sneeuwdek is hier op 124 dagen per jaar dikker dan 50 centimeter.

Het is niet heel zonnig in Noorwegen. Er is veel bewolking en langs de kust regent het vaak. Het meest schijnt de zon in Kristiansand, in het zuiden van Noorwegen, daar schijnt de zon 1795 uur per jaar. In Oslo schijnt de zon iets minder, 1632 uur per jaar en in Karasjok schijnt de zon het minst, namelijk 1090 uur per jaar.

Noor de noordelijke ligging van Noorwegen komt de middernachtzon voor. Dan gaat de zon in de zomer ’s nachts niet onder. Op de Noordkaap duurt dit het langst, van 13 mei tot 29 juli. ’s Winters komt continue schemering voor, dan komt de zon niet boven de horizon voor een bepaalde periode. Op de Noordkaap duurt dit van half november tot eind januari. Bij helder weer, in het gebied ten noorden van de poolcirkel, komt het noorderlicht voor, ook wel ‘ Aurora Borealis’ genoemd.